Het maakte niks uit dat we elkaar nooit meer zagen. Het ging erom dat hij zich warmde aan dezelfde zonnestralen als ik en nat werd in dezelfde stortbui. Het ging erom dat hij bestond.
2.
Op straat meende ik hem soms even te zien of te horen. Na zijn dood leefde hij voort in mijn ooghoeken.
3.
De korenvelden, de maïsvelden, de gele koolzaadvelden met daarin de dorpjes, de kerktorens, de schaduwrijke bomen en daarboven de blauwe luchten met de kraaien, de geuren, het zoemen van de insecten.
4.
Van ver is de eerbied groter.¹
5.
Ooit waren de Portugezen de heersers van de wereld. Nu zijn zij de slaapwandelaars van de wereld. De fado klinkt als een verlangen naar wakker-zijn of een herinnering aan wakker-zijn.
6.
Waarom huppelen alleen meisjes?
7.
"Als de mensheid vergaat, wat wil je dan bewaren als aandenken?"
"Het huppelen."²
8.
Er zat spanning op onze levens. Als je ons aanraakte kreeg je een elektrische schok.
¹ "Major e longinquo reverentia" – Publius Cornelius Tacitus (AUC 809-873)³ / Annales 1, 47 / Geciteerd in Asterix en de Helvetiërs
² Meer over huppelen: The biomechanics of skipping gaits: a third locomotion paradigm? / Door Alberto E. Minetti / Department of Physiology, IstitutoTecnologie Biomediche Avanzate, 1998
³ AUC is een afkorting van Ab Urbe Condita, wat betekent: vanaf de stichting van de stad Rome. AUC 809-873 komt overeen met 56-120 na het begin van de christelijke jaartelling.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten