De Amerikaanse ondergangsprofeet Harold Camping heeft aangekondigd dat op die dag de wereld zal vergaan.
Twee feesten in één klap. Met eten en drinken, vrolijke apocalyptische muziek en verhandelingen over het einde der tijden.
Anne-Gine Goemans over acht jaar |
Jolande Sap doet het voor |
Publius Ovidius Naso |
De Chinese renminbi |
Op de foto (foto Kees Scherer): het Citytheater eind jaren '50
Telefunken U 47 |
Tony Bennett in de jaren '50 van de vorige eeuw |
Selfie van de actrice Scarlett Johansson |
Fundamenteel rommeltje |
"Waar ga je heen?"
"Nergens heen."
"Dan gaan we dezelfde kant op."
Uit een gedicht van Wim Brands
Bletchley Park |
Bletchley Park is een villa in het dorp Bletchley in het district Buckinghamshire.
In de Tweede Wereldoorlog werkte daar Alan Turing. Hij leefde van 1912 tot 1954. Hij ontwierp de eerste computer. Daarmee konden de gecodeerde berichten van het Duitse leger worden ontcijferd.
Zonder hem zou de oorlog twee jaar langer hebben geduurd (en tien miljoen doden nog erbij).
Alan Turing was homoseksueel en hij stotterde.
Na de oorlog werd hij vanwege zijn homoseksualiteit chemisch gecastreerd en hij stierf daardoor.
Homoseksualiteit was toen in Engeland verboden (stotteren was niet verboden).
Prime minister Gordon Brown schreef in 2009 aan Alan Turing in een brief in de Daily Telegraph: "Het spijt ons zo, je had zoveel beter verdiend."
Ik ga een boek schrijven over een man die in één klap al zijn ambities kwijtraakt en daardoor in een mum van tijd tot zo'n onvoorstelbare hoogte stijgt, dat hem nog bij zijn leven de eer ten deel valt opgenomen te worden in de nationale galerij der groten, niet als bevrijder, maar als bevrijde.
Illustratie: onderscheiding in de Venezolaanse Orde van de Bevrijder (Simon Bolivar)
"Mag ik zo vrij zijn om een laatste trekje in mijn natuur aan te stippen, dat me in mijn omgang met mensen geen geringe moeilijkheden bezorgt? Mij is een beslist griezelige prikkelbaarheid eigen van het instinct voor hygiëne, die maakt dat ik het intiemste, de 'ingewanden' van elke ziel fysiologisch gewaar word – ruik... Deze prikkelbaarheid van mij bezit psychologische voelhorens, waarmee ik elk geheim aftast en in handen krijg: het vele verborgen vuil op de bodem van heel wat naturen, wellicht door slecht bloed bepaald maar met een vernis van opvoeding bedekt, word ik me bijna meteen als ik ermee in aanraking kom bewust. Als mijn observaties juist zijn, ondergaan dergelijke voor mijn gevoel voor hygiëne onverdraaglijke naturen de reserve van mijn walging ook hunnerzijds: dat maakt ze niet welriekender... Naar ik altijd gewoon geweest ben – extreme loutering is een conditio sine qua non voor mijn bestaan, onder onreine omstandigheden ga ik te gronde –, zwem, baad en spartel ik als het ware voortdurend in het water, in het kan niet schelen welk volkomen doorzichtig, stralend element."