zondag 29 juni 2014
zaterdag 28 juni 2014
Ik sprak tegen een denkbeeldige menigte
Ik moet de speech niet zittend achter de computer schrijven maar staande.
Ik moet de speech niet in stilte schrijven maar a gran voce tegen een denkbeeldige menigte.
En in mijn mooie pak.
Zo moet ik de speech tenslotte ook afleveren.
Ik sprak in mijn studeerkamer luid tegen de denkbeeldige menigte.
Wat er uit mijn mond kwam schreef ik op.
dinsdag 24 juni 2014
Over kennis
maandag 23 juni 2014
De schappenvullers zeggen: "We begrijpen het niet"
Bij Albert Heijn zijn de blikken gepelde tomaten weer op.
Ik heb dit probleem¹ al eens besproken met de filiaalmanager, maar sinds ons gesprek is er niets veranderd.
De schappenvullers (met wie ik op goede voet sta) begrijpen het niet. Ze zeggen: "We begrijpen het niet."
Om een blik gepelde tomaten te bemachtigen moet ik 's ochtends om acht uur al in de winkel zijn. Ik heb voorgesteld om meer blikken in te kopen bij de groothandel, maar dat voorstel stuit op logistieke moeilijkheden.
¹ Het probleem van de kleine winkelvoorraad gepelde tomaten in blik
vrijdag 20 juni 2014
Sommigen geven hun geld te eten
Eddie Kagie |
Donderdag aanstaande op de KNSM Sociëteit: voordrachtskunstenaar Eddie Kagie, met onder meer teksten van de Russische schrijver Daniil Charms.
Komt allen, wees welkom! Voor meer informatie, kijk op onze website.
De KNSM Sociëteit
woensdag 18 juni 2014
Iemand die ik ken is een wereldburger
Het is lang geleden dat ik heb gevlogen.
Ik heb vliegangst.
Maar ik moet.
Ik heb het beloofd.
Er wordt op mij gerekend.
Iemand die ik ken vliegt overal heen. Naar New York, Berlijn, Madrid, noem het maar op. Hij vliegt zeventien vluchten per maand. Hij is een wereldburger.
Ik moet veel sterke drank drinken en Oxazepam slikken. Dan kan ook ik een wereldburger worden. Een wereldburger op Oxazepam.
zondag 15 juni 2014
Rembrandt zwierf er rond en ook Nescio
De alleenstaande boom langs de Diemer- zeedijk. Op de achtergrond onze eilanden. |
Het Amsterdam-Rijnkanaal is er later langs gegraven naar een ontwerp van de hoofdingenieur van de Utrechtse waterstaat Anton Mussert.
Het waait altijd aan de Diemerzeedijk.
Op de dijk staat een boom helemaal alleen aan het water. In zijn eentje ruist hij prachtig in de wind.
Ik kom graag op de Diemerzeedijk.
Vannacht had ik een schitterend idee
Het idee zag er in m'n halfdroom ongeveer zo uit als het vliegende doelpunt van Robin van Persie tegen Spanje.
O, wat een schitterend doelpunt! En wat een schitterend idee!
Ik schreef het op.
Voor het geval me 's nachts iets schitterends te binnen schiet ligt er naast m'n bed altijd een vel papier met een pen.
Bij daglicht, de volgende ochtend, schitterde het idee minder dan in het donker. Dit is vaak zo (maar niet altijd).
donderdag 12 juni 2014
Over banden plakken
Opborrelende luchtbelletjes² |
Eenmaal per week heeft ze een lekke band.
Hierdoor ben ik goed geworden in banden plakken.
Ik doe het in een ommezien.¹
Ik gebruik de bandenplakset van Simson, daar gaat het goed mee.
Maar ik ben wel vaak het gaatje kwijt. Daardoor weet ik niet waar ik de lijm moet smeren.
Simson heeft hier iets op gevonden, namelijk een geel krijtstompje. Je kunt het gaatje er al onder water mee omcirkelen zodat je later precies weet waar je de lijm moet smeren.
¹ Van Dale: ommezien (het), omzien, ogenblik, oogwenk: in een ommezien was hij terug; in een ommezien klaar (gereed) zijn; een ommezientje geduld; (gew.) op een ommezien.
² Door de opgepompte lekke band in een teil of emmer onder water te duwen kun je precies zien waar het gaatje zit (namelijk daar waar de luchtbelletjes opborrelen).
woensdag 11 juni 2014
Ik bleef op een afstand
Na een tijdje ging ik kijken of alles goed ging.
Ik bleef op een afstand zodat ze me niet zagen.
Ze zijn erg gesteld op de gedachte dat ze alles wel alleen kunnen.
Het ging goed.
Warm van de zon kwamen ze een paar uur later thuis.
zondag 8 juni 2014
Het ree is een elegant dier
Een reeënkenner schrijft in de krant dat het ree een vrolijk dier is en een elegant dier.
De Latijnse naam Capreolus Capreolus zegt het al, schrijft hij.
Deze naam werd in 1758 aan het dier gegeven door Carl Linnaeus uit Råshult (Zweden).