Dit keer zal ik geen goede voornemens maken voor het nieuwe jaar.
Ik zal goede voornemens maken voor het nieuwe decennium.
Aan het eind daarvan zal ik tweeënzeventig zijn.
"Tweeënzeventig? Wat oud!," zei M., die in Wenen woont.
"Dan ben je zelf ook tweeënzeventig," zei ik.
"O ja, dat is waar," zei hij.
"En wat als tweeënzeventig jaar oud is? Wat dan nog? Dan zijn we oud. Dan zullen we gaan zingen."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten