Zee, glinsterend |
We waren in twee dagen van Amsterdam naar een Spaanse berg gereden. Bovenop de berg stond ons hotel.
We installeerden ons in de hotelkamers en daalden de berg af via steil omlaag gaande bergweggetjes en in rotssteen uitgehouwen trappen. Hagedisjes kleefden tegen de warme rotswanden.
Om een hoek zagen we plotseling de glorieuze, gelukkige, schitterende, schuimende, deinende, twinkelende, glinsterende zee.
Z. bleef als aan de grond genageld staan en liet alles wat ze in haar handen had op de grond vallen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten