Vasili Rozanov (1856-1919) |
"24 december 1912, bij mama in de kliniek
God is de wereld zeer toegedaan. En de wereld is God zeer toegedaan. Vandaar religie en gebeden. De wereld 'verzorgt haar kapsel' in het aangezicht van God en God zegt: 'Het is goed.' Elk ding, elke dag. De wereld 'betovert' God ook een beetje. En hij heeft zijn Eniggeboren Zoon gegeven voor de wereld. Dat is zijn geheim. Ach, de wereld wordt nog niet koud. Dat lijkt maar zo. Warmte is haar wezen, liefde is haar wezen. En donker van kleur. Blozende wangen. En de boezem van de wereld. En de geheimen van haar schoot. En de kleine Rozanov, weggescholen tegen haar boezem. Waar hij eeuwig melk uit zuigt. En ik houd van deze tepel van de wereld, donker van kleur en welriekend, met een enkel haartje eromheen. En mijn handpalmen houden deze veerkrachtige borsten vast, en de Gebieder van de wereld heeft in de verten van zijn kennis weet van mij en behoedt mij. Hij geeft mij melk en daarmee wijsheid en vuur. Dat is de reden dat ik God liefheb."
Rozanov schreef over zijn eigen werk: "Ik heb het allemaal zelf bedacht – geen jota is geleend. Verbazingwekkend."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten