Tong (niet van een oude man, maar een frisse jonge tong) |
Je zou zeggen, wanneer iemand 's ochtends vroeg, zittend op de rand van zijn bed, aan zoiets akeligs denkt, dan heeft hij die nacht van zoiets akeligs gedroomd.
Maar ik had het niet gedroomd.
"Tong", tikte ik later op de dag in op de zoekmachine. Op het scherm verscheen, bovenaan de lijst van zoekresultaten, een lemma van Wikipedia: "De tong is een beweeglijk orgaan in de mond van mensen en de meeste andere gewervelde dieren."
Dat was alvast goed om te weten. Rechts verscheen een rijtje met verwante zoekopdrachten, zoals: "Tweede Congolese Burgeroorlog."
Een tongenoorlog?
Waar kwam die oude man vandaan die zijn tong ongevraagd in iedere mond stak?
Had ik het ergens gelezen?
Mogelijk, maar niet in een boek.
In een krant?
Tenslotte tikte ik in: "Tongzoenen NRC."
Daar was het! Een stukje van de schrijver Arnon Grunberg over de dirigent Leonard Bernstein.
Arnon Grunberg schrijft: "Bernstein stopte zijn tong in iedere mond, man of vrouw. Bernstein werd niet moe te verklaren dat het altijd ochtend was in Amerika. Zijn behoefte om te tongzoenen met iedereen moet worden gezien als een poging om de ochtend eindeloos te rekken."
Nader onderzoek leert dat Leonard Bernstein zijn oude kettingrokerstong ook bij zijn dochter en haar vriendinnen in de mond stopte.
De dochter zei later: "Hij liep over van liefde, liefde voor mensen en voor de muziek."
Was het liefde? Liefde voor de mensen en voor de muziek? Was het een poging om de ochtend eindeloos te rekken?
Hierover een volgende keer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten