maandag 13 juni 2022

Hij keek over alles en iedereen heen

Jeneverglas

Ik was hem totaal vergeten.
Hij werd door sommigen "de ziener" genoemd. Hij zat altijd in de verste uithoek van café M. te A. Van daar riep hij bestellingen naar de bar:
"Bier!"
"Jenever!"
Hij hoorde bij het meubilair, zoals men zei. Pas wanneer er "laatste ronde" was geroepen stond hij op. Hij was meer dan twee meter lang, zodat hij moest bukken om door de deur naar buiten te gaan. Die deur rinkelde bij het open- en dichtgaan.
Er is een buitensporige lichaamslengte die nog binnen bereik van het normale ligt; het hoofd hoort nog bij de voeten en bij de aarde.
Maar er is ook een lengte die daaraan voorbij schiet, in de regionen van het niet-meer-geheel-menselijke.
Hij had schoenmaat achtenvijftig en een heel diepe stem als van een dier of van een of ander kolossaal muziekinstrument.
Wanneer hij opstond keek hij over alles en iedereen heen in de verte, vandaar dat hij door sommigen een ziener werd genoemd (een ziener is iemand voor wie toekomst en verleden nog bestaan in hun oorspronkelijke onbegrensde eenheid, dus zonder van elkaar gescheiden te zijn door het immer urgente heden van het bewustzijn).

Geen opmerkingen:

Een reactie posten