Gezicht op Amsterdam vanaf het IJ ca. 1600 / detail / Hendrik Vroom |
Ik keek steeds door de ramen van de klaslokalen naar buiten, om te zien of het uitzicht wel goed was.
Terwijl ik door de ramen naar buiten keek vlogen veel vliegtuigen over.
Ik zag alleen de knipperende lichten van de vliegtuigen, want het was donker. Ook hoorde ik het geraas van de motoren.
Het stormde.
De aanvliegroute naar Schiphol was verlegd.
Vandaar de drukte in de lucht boven ons.
Op het water zag ik een onophoudelijke stroom schepen, en daartussen door manoeuvrerend de almaar heen en weer varende veerponten, volgeladen met mensen.
Aan de overkant van het IJ gutsten drommen reizigers uit alle openingen van het Centraal Station als mieren.
Zelfs onder het IJ waren ze bezig, wist ik (ze waren bezig met het aanleggen van de nieuwe metrotunnel).
Dat alles, en nog meer, gebeurde op hetzelfde moment.
En net toen ik bevangen raakte door de duizelingwekkende gelijktijdigheid van alles, voelde ik de hand van M. (11) in de mijne.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten