Waterspitsmuis |
Hij ligt daar al sinds de dertiende eeuw.
Het is prettig om er te zijn (dat vindt ook de water-spitsmuis).
Ik kom er vaak want mijn auto staat er geparkeerd tegenover de jachthavens.
Het waait altijd op de Diemerzeedijk.
De dijk werd aangelegd om Amsterdam te beschermen tegen de Zuiderzee.
Burgemeester Jan Six had er een buitenhuis.
En Nescio's titaantjes kwamen er vaak. Ze gingen er de zon zien opkomen aan de Zuiderzee: "Bavink wilde naar de zon lopen over de lange schitterende streep. Maar aan de kant van 't water bleef ie toch maar staan. Ik herinner me dat we op een keer aan zee kwamen, toen de halve zon groot, koud en rood aan de kim stond. Bavink sloeg met z'n vuist tegen z'n voorhoofd: 'God, god, dat schilder ik nooit, dat kan ik nooit."
Wie het wél kon was Rembrandt, die ook vaak aan de Diemerzeedijk te vinden was.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten