“Goedendag, dit is mijn vrouw, dit zijn mijn kinderen en dit is onze televisie.”
18 april 2016 / Dramatisch zonnebaden (1): In de deuropening
W. is dood.
Ik was in het Stedelijk Museum met Z (11).
We waren er nog niet geweest sinds de heropening een paar jaar geleden.
Er was een tentoonstelling van Isa Genzken.
De tentoonstelling heette: Mach dich hübsch!
Om te beginnen gingen we drie keer met de nieuwe roltrap.
Daarna gingen we de tentoonstelling bekijken.
Het museum maakte de indruk van een ziekenhuis voor moderne kunst. Witte muren, gedempt wit licht, zacht pratend bezoek.
Maar we zagen nergens verpleegsters of artsen.
Mogelijk is de patiënt opgegeven.
18 februari 2016 / Afgeprijsd bij Blokker
8 februari 2016 / Gesprekje met P.
“Je deurbel doet het niet, misschien moet je ‘m even repareren.”
“Ik? Waarom ik? Ik woon hier. Ik gebruik ‘m nooit.”
8 februari 2016 / Zoeken
Veertig jaar geleden verdween de Engelse graaf Lord Lucan. De
graaf was spoorloos.
Garth Gibbs nam het op zich om hem te vinden. Hij was een journalist van The Daily Mirror.
Wat een mooie naam is toch The Daily Mirror. De dagelijkse spiegel.
Dertig jaar lang zocht Garth Gibbs naar Lord Lucan.
Hij zocht hem in Macau,
Hij zocht hem in Hong Kong,
Hij zocht hem op de Bahama’s.
Telkens was Garth Gibbs ervan overtuigd dat hij Lord Lucan op het spoor was. Zoals in Kaapstad, waar hij van de gelegenheid gebruik maakte om familie en vrienden te bezoeken.
Garth Gibbs reisde op kosten van The Daily Mirror dertig jaar
lang de hele wereld over op zoek naar de verdwenen graaf.
Hij vond
hem nooit.
Terugkijkend op zijn carrière zei hij: “Het niet-vinden van
Lord Lucan is verreweg mijn spectaculairste succes in de journalistiek. Natuurlijk,
veel mijn collega’s zijn ook tamelijk succesvol geweest in het
niet-vinden van Lord Lucan. Maar ik heb hem niet gevonden in de meest
exotische oorden van allemaal.”
3 februari 2016 / "You did very well today"
M. vertelde het volgende verhaal.
Hij had het verhaal gehoord van een vriendin.
De vriendin wandelde op de Onbekende Gracht achter het Koninklijke
Theater Carré, waar het Wereldkerstcircus aan de gang was, met
optredens van wilde dieren, zoals een tijger.
Het was een mooie avond.
Een stille avond.
Een akoestische avond.
Een avond die
op wonderbaarlijke wijze alles hoorbaar maakt, zelfs wat aan de andere
kant van de stad gefluisterd wordt.
Op het terreintje achter Carré, aan de overkant van het water, was een
kooi gemaakt voor de tijger. Die liep daarin heen en weer.
Toen kwam de dompteur binnen.
“You did very well today,” zei hij tegen de tijger.
De tijger ging op zijn achterpoten staan en legde zijn voorpoten op de schouders van de dompteur.
Dit is stilte.
“You did very well.”
1 februari 2016 / In het restaurant
Ik was met twee Noord-Hollanders, P. en K., gaan eten in het Amsterdamse restaurant L. Het
restaurant heeft een Michelinster en het viel me
op dat ze er veel verschillende soorten borden hebben.
Borden in
de vorm van een helm.
Borden in de vorm van een schelp.
Borden in de vorm van een
schaal.
Borden in de vorm van een doos.
Borden in de vorm van een ster.
Borden van porselein.
Borden van gebakken klei.
Borden van hout.
Borden van roestvrij staal.
Telkens als er nieuwe borden werden gebracht, vertelde
degene die ze bracht wat voor eten er op lag. Een mondvol, steeds. Een
mondvol woorden bedoel ik (het eten zelf was zowat onzichtbaar van weinigheid!)
Toen we klaar waren met het eten van de dure en verrukkelijke onzichtbaarheden stond de chef van het restaurant bij de deur om ons uit te laten.
K. en ik stonden toe dat hij ons in onze jassen hielp, maar P. wilde z’n jas zelf
aan doen. Hij is een Bakoeninist.
* Teruggevonden aantekeningen uit 2016