vrijdag 18 april 2014

Ze vertrokken even nieuwsgierig als ze gekomen waren

Gabriel García Márquez
"Dokter Urbino wilde een hondensiësta gaan houden voor het tijd was voor de galalunch van dokter Lácides Olivella, maar hij trof het dienstpersoneel in staat van opwinding aan omdat ze probeerden de papegaai te vangen, die naar de hoogste tak van de mangoboom was gevlogen toen ze hem uit de kooi haalden om hem te kortwieken. Het was een kale, maniakale papegaai, die niet praatte als het hem werd gevraagd, maar wel op de meest onverwachte momenten, maar dan deed hij het met een duidelijkheid en een scherpzinnigheid die niet erg algemeen waren bij menselijke wezens. Hij was door dokter Urbino persoonlijk tam gemaakt en dat had hem privileges bezorgd die niemand ooit had gehad in de familie, zelfs de kinderen niet toen ze klein waren.

Hij was al meer dan twintig jaar in huis en niemand wist hoeveel jaar hij daarvoor al had geleefd. Iedere middag na de siësta was dokter Urbino met hem op het terras van de binnenplaats gaan zitten, dat de koelste plek van het huis was, en had de strengste middelen van zijn pedagogische hartstocht aangewend, tot de papegaai Frans had leren spreken als een academicus. Daarna leerde hij hem, louter omdat hij het niet laten kon, de begeleidende tekst van de mis in het Latijn en een paar speciale stukken uit het evangelie van Mattheus en probeerde hij hem zonder succes enig automatisch begrip voor optellen, aftrekken, delen en vermenigvuldigen bij te brengen. Van een van zijn laatste reizen naar Europa bracht hij de eerste fonograaf met hoorn mee en veel platen, populaire en zijn favoriete klassieke componisten. Dag in, dag uit, steeds en steeds weer liet hij de papegaai een aantal maanden lang de liedjes van Yvette Gilbert en Aristide Bruant horen, die Frankrijk in de vorige eeuw in vervoering hadden gebracht, tot hij ze uit zijn hoofd kende. Hij zong de liedjes met een vrouwenstem als ze van haar waren en met een tenor als ze van hem waren en hij eindigde met een serie libertijnse schaterlachen, die de spiegel vormden van het schaterlachen waarin de dienstmeisjes uitbarstten als ze hem in het Frans hoorden zingen. De roem van zijn kunsten was zo ver doorgedrongen dat er soms toestemming werd gevraagd om hem te mogen zien door aanzienlijke bezoekers die met de rivierschepen uit het binnenland kwamen, en een keer wilden enige Engelse toeristen van de vele die in die tijd op de bananenboten uit New Orleans langs voeren hem tegen willekeurig welke prijs kopen. Maar zijn grootste gloriedag was toen de president van de Republiek, don Marco Fidel Suárez, met de ministers van zijn voltallige kabinet, naar het huis kwam om vast te stellen of zijn roem verdiend was. Ze kwamen om ongeveer drie uur 's middags aan, gesmoord in hun hoge hoeden en hun kamgaren pandjesjassen, die ze in drie dagen van officieel bezoek onder de witgloeiende augustushemel niet hadden uitgetrokken, en ze moesten even nieuwsgierig weggaan als ze gekomen waren, want de papegaai weigerde ook maar pap te zeggen tijdens twee uur wanhopig wachten, ondanks de smeekbeden en de dreigementen van dokter Urbino, die op die vermetele uitnodiging had gestaan, tegen de wijze raad van zijn vrouw in. Het feit dat de papegaai zijn privileges had behouden na die historische misstap, was het afdoende bewijs van zijn heilige rechten."  

Uit: Liefde in tijden van Cholera / Gabriel García Márquez / Meulenhoff 1999

donderdag 17 april 2014

Naast Derek Walcott zat Seamus Heaney

Saint Lucia
Op tv zag ik een documentaire over de dichter Derek Walcott.
Derek Walcott werd geboren op Saint Lucia, een eiland in het Caraïbisch gebied. Hij woont daar nog steeds.
Hij was veel aan het woord in de documentaire en je zag steeds de mooie omgeving.
Hij vertelde dat een vriend van hem
een muurschildering had gemaakt in een kerk op het eiland.
De muurschildering kwam in beeld.
Derek Walcott zat in een kerkbank naar de muurschildering te kijken en naast hem zat plotseling de Ierse dichter Seamus Heaney.

woensdag 16 april 2014

Een mooi begin van de dag

Kat en staart
Vanmorgen vroeg trof M. (41) de kat aan op het aanrecht.
M. joeg de kat van het aanrecht.
De kat werd kwaad.
Niet op M., vreemd genoeg, maar op haar eigen staart, alsof die er iets aan kon doen.
Grommend, klauwend, bijtend en blazend rolden staart en kat over de grond.
"Ze is haar verstand verloren," zei M.
Dat leek me een juiste conclusie en een mooi begin van de dag.

woensdag 9 april 2014

Het best verkopende boek staat op nr. 1

Vandaag was ik in de Bruna. Ik kom daar vaak om sigaretten te kopen. Ze verkopen er behalve sigaretten ook boeken.
De boeken staan er net zo gerangschikt als atleten op een podium na een wedstrijd.
Het best verkopende boek staat op nr. 1.
Welk boek er op dit moment op nr. 1 staat weet ik niet.
Op nr. 3 staat een boek met de mooie titel Het geluid van vallende dingen.

En geschrokken vogels op het omslag.

maandag 7 april 2014

Is zelfkennis nodig?

Kun je veranderingen
in jezelf voelen aankomen?
Kun je die veranderingen waarnemen terwijl ze gebeuren?
Kun je ze bespoedigen of tegenhouden?
Of kun je ze louter achteraf vaststellen?
Is zelfkennis nodig om te kunnen veranderen?
Of kan het ook zonder?
Is het mogelijk om te veranderen zonder te willen veranderen?
Kun je eigenlijk wel veranderen?
Bestaat verandering?
Bestaat er iets anders dan verandering?

woensdag 2 april 2014

Honden hebben één woord voor alles

Vroeger had ik een hond. Hij vond het leuk om stokken terug te halen die ik ver weg gooide. Hij rende zo hard als hij kon achter de door de lucht vliegende stok aan en bracht hem terug. Dan zei hij: "Woef!"
Wat betekende: "Nog een keertje!"
Soms maakte ik wel de gooibeweging maar hield ik de stok in m'n hand. O, en dan rende hij er ook achteraan met z'n wapperende flaporen. Hij was bepaald niet dom, dus kwam hij er al snel achter dat de stok niet door de lucht vloog. Dan draaide hij zich om en zei:
"Woef?"
Wat betekende: "Waar is de stok?"
Honden hebben één woord voor alles.