zaterdag 1 augustus 2015

"Pavlova," zei ze

Marshmallow
Eerst verhitte M. (42) onze heteluchtoven tot 130 graden. Daarna brak ze acht eieren. Het eiwit verzamelde ze in een grote kom en klopte ze met de mixer totdat het een beetje stijf was geworden. Toen gooide ze er een half pak witte suiker bij en dit mengsel klopte ze acht minuten lang, totdat de suikerkorrels helemaal waren opgelost. Ze nam een slokje wijn, want het was tenslotte een feestdag, Z. (11) was jarig. Inmiddels was de oven op temperatuur gekomen. M. bekleedde een grote bakplaat met bakpapier en legde het mengsel van suiker en eiwit erop in de vorm van twee grote cirkels. Ze deed het zorgvuldig, want ze is een zorgvuldig persoon. Ze maakte met de lepel gaatjes en geultjes in de bovenkant van de twee cirkelvormige mengsels, zette ze in de oven, draaide de kookwekker op de vereiste stand, nam nog een slokje wijn en zette toen een kleine pan op laag vuur waarin ze glucosestroop en kristalsuiker mengde met koud water. Al roerend ontstond er een heldere siroop, waarin alle suiker was opgelost. Tegelijk liet M. tien blaadjes gelatine weken in een andere pan met water. Het moest allemaal heel precies, dus ze wilde liever niet dat ik tegen haar praatte, wat ik niet gemakkelijk vond. Ze had speciaal voor de gelegenheid een suikerthermometer gekocht. Terwijl de twee pannetjes stonden te pruttelen op het vuur brak M. snel nog twee eieren en klopte het eiwit van deze eieren met de mixer totdat het een beetje stijf was geworden, precies zoals ze al eerder gedaan had met de acht eieren. Toen de siroop op een temperatuur van exact 122 graden was gekomen, schonk ze die heel voorzichtig bij het geklopte eiwit en daarna deed ze er de inmiddels opgeloste gelatine en ook nog het merg uit twee vanillestokjes bij. Dit mengsel klopte ze maar liefst zeven minuten lang met de mixer. Het volume van het mengsel nam in die zeven minuten aanzienlijk toe, maar het bleef vloeibaar, precies zoals de bedoeling was. M. had het warm, want de temperatuur in de keuken liep op en bovendien stak alles vreselijk nauw, zoals ik al zei. Ze voegde aan het in volume toegenomen maar nog steeds vloeibare mengsel een roze kleurstof toe, klopte het mengsel nog een paar minuten tot het egaal roze was, goot het in een bakblik, streek het oppervlak liefdevol glad en liet het langzaam afkoelen.
"Marshmallow," zei ze.
Intussen waren die twee cirkelvormige mengsels van eiwit en suiker uit de oven ook klaar.
"Meringues."
En toen deed M. het volgende: ze smeerde de afgekoelde maar nog niet gestolde roze marshmallow met een grote spatel in de gaten en geulen van de twee cirkelvormige meringues uit de oven! Vervolgens deed ze aardbeien in een kom, zo'n 750 gram, voegde er citroensap, suiker en balsamicoazijn aan toe, mengde dit door elkaar en liet het mengsel een poosje staan om te weken. En terwijl dat mengsel daar zo stond te weken, in die kom, op het aanrecht, en de gasten binnen druppelden, splitste M. een vanillestokje, schraapte het merg eruit en klopte het samen met wat suiker, slagroom en Griekse yoghurt tot een werkelijk overheerlijke zogenoemde "chantillyroom". Ik weet dat het overheerlijk was, want ik mocht er een likje van nemen. "Wil je nog een glas wijn?" vroeg ik, want ik had inmiddels wel in de gaten dat er iets bijzonders stond te gebeuren in de keuken, al had M. het zo niet aangekondigd. Ze zei ja. Ik schonk nog wat wijn in, terwijl zij een groot deel van de chantillyroom en de geweekte aardbeien op een van de twee meringue-marshmallowcirkels uitstreek. Daar legde ze de tweede meringue-marshmallowcirkel bovenop en daar weer bovenop schepte ze de rest van de chantillyroom, de rest van de aardbeien en een paar muntblaadjes. Een taart van 25 centimeter hoog.
"Pavlova," zei ze.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten