woensdag 14 maart 2012

Uit het universele ei vielen alle dingen die bestaan


Robert von Ranke Graves
“In het begin verrees Eurynome, de godin van alle dingen, naakt uit Chaos, maar vond niets substantieels om haar voet op te zetten en daarom scheidde ze de zee van de lucht, eenzaam dansend op de golven. Ze danste naar het zuiden en de wind die achter haar in beweging kwam, leek haar iets nieuws en aparts waarmee ze een scheppingswerk kon verrichten. Ze draaide zich om, greep de noordenwind vast, wreef hem tussen haar handen en zie: de grote slang Ophion! Eurynome danste om zichzelf op te warmen, wilder en wilder, totdat Ophion, wellustig geworden, zich om die goddelijke lendenen kronkelde en ertoe werd bewogen om met haar te paren. Nu heeft de noordenwind, die ook wel Boreas genoemd wordt, bevruchtende kracht; daarom draaien merries vaak hun achterkant naar die wind en worden zwanger zonder hengst. Ook Eurynome werd zwanger. Ze nam de gedaante aan van een duif, broedend op de golven, en legde het Universele Ei. Op haar bevel draaide Ophion zich zeven keer om dit ei, tot het uitkwam en in tweeën brak. Eruit viel al het bestaande, Eurynome's kinderen: de zon, de maan, de planeten, de sterren, de aarde met alle bergen en rivieren, bomen, grassen en levende wezens."  

Uit: Robert Graves, The Greek Myths, hoofdstuk 1: "The Pelasgian Creation Myth", Penguin Books, 1955 (Het klinkt wat mij betreft allemaal heel wat aannemelijker dan "God schiep de wereld uit het niets").

Geen opmerkingen:

Een reactie posten