Ik: "Waarom heb je toch altijd verschillende sokken aan?"
M: "Het leven is te kort om te zoeken naar de bijpassende sok."
Uit: een gesprekje met M. (12)
woensdag 26 maart 2014
woensdag 5 maart 2014
Over lelies
zondag 2 maart 2014
"Aangenaam," zei ik
"Kennen jullie elkaar?" vroeg iemand aan ons.
"Eh, nee," zeiden we.
Ze stak haar hand uit en ik schudde haar hand.
"Reality," zei ze, "aan-genaam kennis te maken."
"Aangenaam," zei ik.
"Eh, nee," zeiden we.
Ze stak haar hand uit en ik schudde haar hand.
"Reality," zei ze, "aan-genaam kennis te maken."
"Aangenaam," zei ik.
zaterdag 1 maart 2014
Over mieren
VOOR HET ZWERMEN
Het was avond toen de mieren vleugels kregen.
In golven kropen ze uit de grond omhoog
en tegen het muurtje op; onwennig bleven
ze daar in het rond bewegen. Later vloog
een enkele soms tot de markies, maar waagde
de vlucht niet verder, viel of keerde terug.
Veel draaiden zich al dadelijk op hun rug.
Ook zag ik er, die aan hun vleugels knaagden.
Eva Gerlach
Uit: Verder geen leed
Ik ben dood
Mieren |
Het moet een herhaling van een eerdere uitzending geweest zijn want de geïnterviewde is een paar dagen geleden overleden en wie heeft er na zijn dood nou nog zin in een interview?
Het interview ging over mieren. Die scheiden na hun dood een stofje af waarmee ze de andere mieren laten weten: ik ben dood.
De andere mieren ruimen de dode mier dan op, dat wil zeggen, ze leggen hem een beetje terzijde, net zoals wij ook doen met onze doden.
Ik had altijd een zwak voor Hugo Brandt Corstius. Niet zozeer vanwege zijn geschriften en ideeën, maar omdat hij net als ik stotterde en dit probeerde te verbergen.
Heb ik dan sympathie voor iedereen die stottert en het probeert te verbergen?
Het antwoord is ja.
In zeer zeldzame gevallen komt het voor dat door een kleine fout het doodsignaal al tijdens het leven wordt afgescheiden: "Dan komen de begrafenismieren en die dragen 'm weg, terwijl die mier zich verzet, maar daar hebben ze geen boodschap aan."
Abonneren op:
Posts (Atom)