Ik ontdekte de aarde op de dag dat mijn vader erin werd begraven, op 9 maart 1993.
Hoe benader je de aarde?
Wel, om te beginnen: via de neus!
Niets brengt je zo dicht bij de aarde als de neus! En daarom heb ik alle geuren van de wereld gekocht.¹
Ja, want ik behoor tot degenen die de aarde zoeken.
Ik ga mijn landingspoging op aarde wagen.
En de zon feller, en de velden geuriger, en de donder luider.
En het hart ruimer, en het verdriet bitterder, en de aarde raadselachtiger.
Ay! Ay ay!
¹ Dat wil zeggen, ik heb het prachtige boek De geuren van de wereld van Harold McGee gekocht (Uitgeverij Nieuw Amsterdam, 2021). Uit de inleiding (Gevoel voor de essentie): "Je smaak- en reukzin zijn moleculair; ze registreren de aanwezigheid van bepaalde moleculen in de lucht om je heen en in je mond, en geven die ontdekking door. Je gezichtsvermogen en gehoor staan hoger aangeschreven maar hebben minder direct contact met de dingen in de wereld: ze registreren alleen de licht- of lichtgolven die door de dingen in beweging worden gebracht. Je tastzin schept een direct maar weinig gedetailleerd contact met fysieke voorwerpen en materialen; je smaak en reuk kunnen de afzonderlijke moleculen veel beter onderscheiden. Smaak en reuk zijn je meest directe, intieme en specifieke ontmoeting met de moleculen die samen de wereld vormen."