|
Pruimen |
1.
"Gewassen in Veluws bronwater," staat er op de zak aardappelen die ik heb gekocht. 2.
De Nederlandse economie heeft zich in de zomer hersteld en is bijna weer op het niveau van voor de coronacrisis, zo blijkt uit cijfers. Het land kan dus best zonder Schiphol en de KLM.
3.
Iemand in de supermarkt vroeg naar gekwelde pruimen.
hoorde het in het voorbijgaan en ik schoot in de lach.
Het is gewelde pruimen.
Het werd helemaal niet op prijs gesteld dat ik in de lach schoot.
Wat werd dat figuur kwaad!
4.
Ik lees af en toe de Military Times.
5.
"Mag ik een kop thee?"
"Wilt u gele thee, groene thee, oolong thee, pu erh thee, witte thee of zwarte thee?"
6.
Veel gehoorde zin in ons huis: "Weet iemand waar...? O, laat maar, ik heb het al!"
7.
M. (19) vanaf de bank: "Kun je kramp in je tong krijgen?"
8.
Als een heel klein deeltje, bijvoorbeeld een neutrino, zou kunnen waarnemen en nadenken terwijl het door ons heen reist, dan zou het ons niet als een samenhangend geheel zien.
Zo is het ook met ons en het heelal.
9.
Iemand zei dat de moordenaar van de Franse geschiedenisleraar lang nadat hij door de politie was doodgeschoten nog "Allah Akhbar!" bleef roepen.
10.
Vanaf de bank: "Wat is een homo erectus?"
11.
Ik heb zowel naar de Ronde van Frankrijk als naar de Ronde van Italië als naar de Ronde van Spanje gekeken.
12.
Ik maakte een Aziatische kippensoep, een joodse kippensoep en een Hollandse kippensoep. De Hollandse was zonder meer de lekkerste. Of had ik soms uit chauvinisme de Hollandse extra lekker gemaakt? Maar ik ben geen chauvinist!
13.
Je kunt problemen ook oplossen door er moeilijke woorden voor te verzinnen. Woorden zoals kleptocratie.
14.
Na bijna twintig jaar hebben we eindelijk de pizzasteen in gebruik genomen die bij de oven was meegeleverd.
15.
Het genot is de geboortegrond van de oneindigheid (het voelt goed om af en toe zoiets te zeggen, maar afgezien daarvan: het is zo).
16.
In een gesprekje met een jong iemand bracht ik Matthijs van Nieuwkerk ter sprake.
"Wie?"
Wat is moderne roem toch vergankelijk. Is het eigenlijk nog wel roem?
17.
Ik weet niet meer over wie het ging, maar ik had over haar geschreven: "Zij is als een vloot zeilschepen die de stad binnen vaart."
18.
Mensen zijn bereid heel ver te gaan om het overduidelijke te ontkennen.
19.
Vanaf de bank: "Ik ben in m'n hele leven nog nooit zo ziek geweest."
20.
Wat een schitterend meisje is de tennisspeelster Sofia Kenin. Snel, gevoelig, beweeglijk als een insektje, gehaast, ongeduldig – een ongeduld dat haar gek genoeg heel veel tijd geeft.
De dichter Tomas Tranströmer schreef: "Buiten op de zonwarme mossen rennen insektjes, ze hebben als secondenwijzers haast."
21.
Als het in de laatste weken van oktober mooi weer is, dan noemen de Grieken dat: een zomertje van Dimitros. Althans, dat beweert J.H.
22.
In mijn navel zit altijd een pluisje stof.
23.
Een oudje zei tegen me:
"Alles gaat veel sneller dan vroeger."
"Dat is waar," zei ik, "maar alles is niet grappiger dan vroeger."
"Wat bedoelt u?" vroeg het oudje.
"Nou," zei ik, "als een film heel snel wordt afgedraaid, zoals in slapsticks van vroeger, dan wordt alles grappiger. Mensen zijn grappiger in een hoger tempo. Maar wij dus niet."
"Nee, wij niet," zei ze.